18 Feb

Ik merk dat de 7 vinkjes discussie me bezighoudt. Ik moet ook steeds denken aan mijn boardroompanellidmaatschap bij BNR Nieuwsradio. Ik ervaar daar een 7 vinkjes cultuur. Niet door de aardige mensen die ik daar ontmoet maar vooral door de onderwerpen. Door de wijze waarop over de onderwerpen wordt gesproken, de taal die wordt gesproken, de impliciete kennis die wordt verondersteld. Het verschil voor mij zit niet in het feit dat ik vrouw ben en zij man. Het zit hem vooral in het feit dat ik -denk ik - anders, meer holistisch en minder financieel/ zakelijk denk (ondanks studie economie en werk in bedrijfsleven), en daardoor een andere taal spreek.

Als je anders denkt, een andere ‘taal’ spreekt en andere stijl hebt dan de meerderheid, iets wat ik mijn hele leven zo heb ervaren, dan sta je op afstand. Dan moet je moeite doen om te begrijpen en begrepen te worden. Als degenen die de taal van de meerderheid ofwel de machthebbers, spreken zich hier niet van bewust zijn dan ontstaat het risico van machtsongelijkheid. Dan kan de meerderheid / machthebbers denken dat als je allemaal Nederlands spreekt, en dus dezelfde taal spreekt, dat de een alleen gewoon beter spreekt dan de ander.

Hoe vertaal je dit naar de 7 vinkjes van Joris Luyendijk?


Comments
* De e-mail zal niet worden gepubliceerd op de website.