25 Aug

Vorige week, nadat ik een artikel had gelezen over onderzoekers die bloggen over hun onderzoek, besloot ik ook over mijn onderzoek en proefschrift te schrijven. Ik weet niet zeker of dit bloggen voor mij werkt en of jij - mijn lezer - erover wilt lezen. Laten we dus eens kijken hoe het uitpakt. Het zou geweldig zijn om te horen wat je denkt en voelt tijdens het lezen van mijn blogs, maar zo niet, ook prima. 

Ik ben ongeveer drie en een half jaar geleden begonnen met het onderzoeken van de vraag 'hoe beïnvloedt het ongezegde de besluitvorming in boards' en het was en is nog steeds een groot avontuur. Ik heb geweldige mensen ontmoet, ik heb veel onzekerheden doorstaan, inclusief emotionele en financiële, en ik heb mijn carrière ingrijpend veranderd. Ik werd tegelijkertijd student en docent en vraag me nog steeds af welke rol ik het liefst heb.

Na honderden artikelen te hebben gelezen over groeps-sensemaking en besluitvorming, impliciete spreek-theorieën en talloze andere onderwerpen, en vooral mijn empirische werk, bestaande uit het observeren van boards en het interviewen van boardleden, te hebben voltooid, denk ik dat het veilig is om te zeggen dat ik het liefst  een student ben. Ik schrijf 'denk' omdat ik de vaak gestelde vraag 'hoeveel langer duurt het precies?' niet relevant vindt. Het duurt zo lang als nodig is. Aangezien niemand precies weet wat het vereist omdat elk proefschrift uniek is, is het ook niet te bepalen hoe lang het duurt. Ik weet wel dat ik een groot feest ga geven als het gebeurt, ook al geniet ik enorm van het proces.

Terwijl ik mijn bevindingen besprak en presenteerde aan de 17 boards die zo vriendelijk waren om aan mijn onderzoek deel te nemen, merkte ik dat het bespreken en onderzoeken van mijn aannames en theorieën mijn kennis van boards verder verdiepte. Het presenteren en delen van mijn bevindingen werd dus een belangrijk onderdeel van mijn onderzoeksaanpak. Hoewel ik geleidelijk en organisch mijn voorlopige 'theorieen' nauwkeuriger begon te communiceren, leerde ik ook dat deze 'meta-talks' het bewustzijn van deze boards over de effecten van het ongezegde vergrootten en ook dat deze dialogen erg zinvol zijn.

Ik merkte bovendien dat ik het leuk vind om over mijn onderzoek en bevindingen te praten. Niet alleen over 'de spiraal van ongezegde', de 'communicatiekosten', 'schijncohesie als strategie om het relatieconflict te beheersen' en hoe regels legitimeren dat men niet alles hoeft te zeggen tijdens een vergadering maar ook over onderzoeksmethodologie in het algemeen omdat het onderzoeken van het ongezegde niet eenvoudig is.

Ik werk momenteel aan twee empirische papers (een over de spiraal van het ongezegde en een tweede over schijncohesie in boards) en ik ben er trots op dat ik ben aangenomen om er een te presenteren op de jaarlijkse conferentie van de Academy of Management in augustus. Ik heb ook een Nederlandstalig artikel geschreven en gepubliceerd over de communicatiekosten in de bestuurskamer en een conceptrapport dat ik nog wil verbeteren.

Veel vragen die ik krijg als ik over mijn onderzoek praat, gaan over de drijfveren van bestuursleden, over de effecten van uitspreken versus censureren en over wat er niet wordt gezegd in de interviews die ik heb afgenomen. Maar het meest urgent lijken vragen die betrekking hebben op een oplossingsrichting. Wat moeten we doen om het goed te doen? Als ik dit soort vragen probeer te beantwoorden, vergeet ik vaak een contra-intuïtieve oplossing te noemen. Deze oplossing betreft het samen praten over het ongezegde.  Begrijpen wat het ongezegde inhoudt, waarom zaken niet worden gezegd en wat de invloed is op de besluitvorming, kan leiden tot nieuwe manieren van kijken en dus tot andere en mogelijk effectievere manieren van governance. Dit soort oplossingen zijn contra-intuïtief omdat ze tijdrovend lijken. Mensen gaan vaak ervan uit dat meer regels, controle en meer kennis nodig zijn om debacles te voorkomen.  Vanzelfsprekende oplossingen zoals gezamenlijke reflectie, meer tijd en dialoog zouden kunnen leiden tot duurzamere oplossingen. Duurzaam omdat ze op de langere termijn gericht zijn en veel incidenten kunnen voorkomen. Deze gesprekken vereisen dat de betrokken individuen zich meer concentreren op HOE mensen denken en voelen (maar meestal niet zeggen) en minder op WAT ze denken.

Na mijn bevindingen te hebben gepresenteerd aan een specifiek publiek, zal ik aanstaande vrijdag mijn 6 oplossingsrichtingen presenteren aan een meer divers publiek op mijn eigen universiteit. Ik ben benieuwd welke reactie ik van deze groep zal ontvangen!


In ieder geval heel erg bedankt voor het lezen van mijn blog en ik hou jullie op de hoogte!

Comments
* De e-mail zal niet worden gepubliceerd op de website.